IndexLast Update: 2025-08-06 09:13:31
Heel vroeger waren er alleen planten. Met zonlicht zetten planten kooldioxide (CO2) om in zuurstof (O2). Na een tijdje kwam er hierdoor teveel zuurstof en te weinig kooldioxide in de atmosfeer en konden de planten niet meer leven. Het milieu was vergiftigd door de zuurstof van de planten. Toen kwamen er dieren die het omgekeerde deden, zuurstof omzetten in kooldioxide, en ontstond het evenwicht waarin we nu leven.
Fossiele brandstoffen, bijvoorbeeld aardgas en olie, komen van plantenresten die zijn vergaan in de loop van miljoenen jaren, bijvoorbeeld uit de tijd van de dinosauriers. Op dit moment branden wij deze in een paar decennia op. Dit verstoort het evenwicht omdat de kooldioxide die in miljoenen jaren is opgeslagen ineens in een paar decennia in de atmosfeer komt. Daarnaast kappen we het regenwoud, dat heel belangrijk is voor het terug omzetten van kooldioxide in zuurstof, en dit maakt het probleem nog erger. Dit kan niet goed zijn en natuurlijk betekent het dat we zoveel mogelijk bomen moeten laten staan, liefst bij planten, en sterk minderen of stoppen met het gebruik van fossiele brandstoffen.
We leven echter ook in de uitloper van een ijstijd. Hierdoor wordt het op aarde warmer. Niets aan te doen, maar het maakt vaststellen of de aarde opwarmt hierdoor of door het verbranden van de fossiele brandstoffen door de mens moeilijker. Waarschijnlijk komt het door beide, maar de verhouding is niet te bepalen. Bovendien werkt het zo niet. Als de aarde opwarmt, hoeft dit niet te resulteren in een globaal hogere temperatuur. Er kan van alles gebeuren, bijvoorbeeld dat de warme golfstroom, die in Nederland zorgt voor zachte winters en koele zomers, anders gaat lopen, waardoor we in Nederland een heel ander klimaat krijgen. De effecten zijn veel subtieler dan het opwarmen van de aarde als geheel en wat wij denken dat daar bijhoort.
Om te voorkomen dat er teveel kooldioxide in de atmosfeer komt, wordt er van burgers gevraagd minder energie te gebruiken, bijvoorbeeld door de verwarming lager te zetten en minder auto te rijden. Dit soort dingen kunnen mensen ook zelf bedenken, maar ze doen het niet omdat ze energie gebruiken met een reden. De verwarming staat niet zomaar aan, maar omdat je het anders koud hebt en bijvoorbeeld hierdoor je werk niet goed kan doen. Auto rijden is duur genoeg en ook dit doen mensen alleen als het nodig is. Het enige dat dit soort bezuinigingen doen is oplossingen blokkeren en problemen hierdoor groter maken. Ook leiden ze de aandacht af van werkelijke oorzaken en hiervoor nodige oplossingen, die veelal niet van burgers kunnen komen.
Daarnaast leidt de enorme aandacht voor kooldioxide af van wat er werkelijk aan de hand is. Kooldioxide hoort in onze kringloop en is als zodanig relatief onschuldig. Het is bijvoorbeeld niet giftig en planten maken er weer zuurstof van. Bij verbranding van ruwe olie, steenkool of bruinkool, bijvoorbeeld door de industrie of in niet-westerse landen, komt veel meer kooldioxide vrij dan door het verbranden van benzine of aardgas door burgers en bovendien veel meer andere giftige stoffen, zoals aromatische koolwaterstoffen, sulfaten en zware metalen. In tegenstelling tot kooldioxide horen deze stoffen niet in onze kringloop en vergiftigen ze het milieu. Ook ontstaat er methaan, dat ook niet past in onze kringloop, en hetzelfde effect heeft als kooldioxide, maar veel sterker. Methaan ontstaat overigens ook uit mest, bijvoorbeeld uit varkensfokkerijen, waar misschien wel iets aan gedaan zou kunnen worden. Aan deze vervuiling gebeurt echter weinig tot niets, want de industrie beperken zou slecht kunnen zijn voor de economie. Hetzelfde geldt voor de luchtvaart. Deze is een veel grotere vervuiler dan algemeen bekend. Ook olievelden in brand steken, zoals in gedaan in Irak, geeft veel meer rommel in de atmosfeer dan alle burgers bij elkaar. In de VS doet men niet aan milieubehoud of energiebesparing. In Oostbloklanden heeft men er de middelen niet voor en een paar bosbranden of een vulkaanuitbarsting en branden in chemische fabrieken doen de rest. Deze vervuiling is veel schadelijker dan de kooldioxide door de verbranding van aardgas en benzine door burgers, zowel voor het milieu door de grote hoeveelheid giftige stoffen die vrijkomt als voor het voor het klimaat door de grote hoeveelheid kooldioxide, maar door de uitsluitende aandacht voor kooldioxide komt men hiermee weg en kan de schuld toch bij burgers worden neergelegd.
Het energieprobleem kan niet worden opgelost door burgers omdat deze het niet veroorzaken en de energie nodig hebben om te overleven. Daarnaast is het aardgas dat burgers gebruiken de minst vervuilende fossiele brandstof. Hierop kan nauwelijks worden bezuinigd en als al wel dan zal dit niet of nauwelijks helpen.
Een werkelijke oplossing vraagt structureel anders denken en handelen door overheden en industrie. Dit gebeurt echter niet. De industrie probeert aan het klimaatprobleem te verdienen en de politiek probeert ermee te scoren.
Druk door politiek door het zetten van onhaalbare klimaatdoelen uitsluitend gericht op kooldioxide helpt niet om het klimaatprobleem op te lossen. Windmolens en waterkrachtcentrales renderen onvoldoende en hebben wel degelijk gevolgen voor het milieu. Waterkrachtcentrales verstoren het leven in rivieren en windmolens maken lawaai, verstoren het landschap en zouden zelfs het klimaat kunnen beïnvloeden doordat ze luchtstromen veranderen. Hetzelfde geldt voor aardwarmte. Is bekend wat het op grote schaal winnen hiervan doet? Dit zijn onbekende risico's.
Hetzelfde geldt overigens voor betogen tegen klimaatverandering. Ook dit is druk zetten zonder oplossing te bieden. Sterker, het draagt bij aan het milieuprobleem, doordat het fossiele brandstoffen gebruikt, bijvoorbeeld voor het vervoer van de deelnemers aan de betoging. Daarnaast veroorzaakt het overlast, met bijvoorbeeld files of gedwongen omrijden als gevolg, wat ook weer milieuvervuiling veroorzaakt.
Aan "oplossingen" wordt heel veel verdiend, maar zijn ze werkelijk milieuvriendelijker? Bijvoorbeeld rijden in een elektrische auto misschien wel, maar is dit ook zo als je het fabricageproces meeneemt? Batterijen vragen heel veel grondstoffen en energie om ze te maken. Sterker, de smartphone is op dit moment de grootste milieuvervuiler van alle consumentenproducten en door de batterijen zijn elektrische auto's waarschijnlijk meer milieuvervuilend dan auto's op benzine of diesel, maar de industrie verdient eraan. "Milieuvriendelijke" brandstoffen zijn nog erger. Regenwoud kappen om auto's te laten rijden op palmolie is meer dan twee keer zo slecht als ze te laten rijden op gewone olie. Eerst kap je het regenwoud en daarna heb je de vervuiling alsnog. Ook de fabricage van warmtepompen blijkt zeer milieuvervuilend. Dit meenemend, zijn warmtepompen dan inderdaad minder milieuvervuilend dan aardgas of misschien toch niet? Zelfs afval recyclen heeft het risico dat door voor wat ervoor moet worden gedaan, zoals gescheiden transport, er juist weer meer energie uit fossiele brandstoffen wordt gebruikt. Uit onderzoek is bijvoorbeeld gebleken dat het plastic tasje als je het een paar maal gebruikt milieuvriendelijker dan alle andere soorten tassen, maar toch zijn juist hiertegen maatregelen genomen. Bij al dit soort "oplossingen" moet worden bedacht dat voor bedrijven de vraag is wat ze eraan kunnen "verdienen" en voor geld "verdienen" is het gunstig als wordt geloofd dat de "oplossingen" goed zijn voor het milieu, maar maakt het weinig verschil of dit werkelijk zo is.
Wat wel zou helpen is het gebruik van andere manieren om hetzelfde te bereiken. Een voorbeeld is dat tegenwoordig alle gebouwen en auto's zijn voorzien van airco om te koelen als de zon schijnt. Deze zouden kunnen werken op zonne-energie. Een alternatief is ramen die open kunnen en veelal is dit een grote wens van werknemers in een bedrijf. Ook verwarming die is te regelen per werkkamer en kan worden uitgezet wanneer men niet aanwezig is zou helpen. Dit soort oplossingen vragen niet dat op welvaart en welzijn wordt ingeleverd en zijn daardoor wel vol te houden en leveren misschien wel meer op dan bijvoorbeeld een paar graden lager zetten van de verwarming in alle werkkamers tegelijk, omdat met een temperatuurregeling per werkkamer, in kamers die niet worden gebruikt de verwarming vrijwel kan worden uitgezet. Bezuinigen op energie begint met het niet te verspillen door onhandigheid of onnadenkendheid. Werkelijke oplossingen zijn vaak werkelijke verbeteringen en zijn dan juist goed voor welzijn en welvaart in plaats van hierop te moeten inleveren zoals nu.
Het energieprobleem is niet een tekort aan energie, Op aarde komt zonne-energie binnen voor minimaal vier keer wat we nodig hebben, maar op de verkeerde tijden en plaatsen. In de zomer schijnt de zon, maar in de winter heb je energie nodig. In de Sahara is zonne-energie in overvloed, maar niet nodig, in Siberië is het nodig, maar niet voorhanden. Het energieprobleem is vooral een energie bewaar- en transportprobleem en olie en gas lossen dit op. Deze kun je gemakkelijk opslaan en vervoeren, waardoor ze ter beschikking staan waar en wanneer energie nodig is. Elektriciteit is minder geschikt. Je kunt het weliswaar transporteren, maar niet zonder aanzienlijke verliezen in de kabels, en je kunt het nauwelijks bewaren. Batterijen zijn zeer milieuvervuilend en werken lang niet zo goed voor opslag en transport als olie en gas.
Een oplossing is waterstof. Dit kun je op dezelfde manier bewaren en transporteren als aardgas. Met een zonnecel kun je water splitsen in waterstof en zuurstof, je transporteert het waterstof en verbrandt het weer tot water waar energie nodig is. Inderdaad, water, helemaal schoon, is dan wat er uit de uitlaat komt je kunt het gewoon opdrinken of er je auto mee wassen. Een zonnecentrale in de Sahara om waterstof te maken en water uit de uitlaat van de auto. Zo gemakkelijk is het helaas niet. Efficiënt water splitsen en waterstof regelmatig genoeg verbranden voor gebruik, bijvoorbeeld in een automotor, zijn moeilijk. Hieraan zou hard gewerkt moeten worden, maar dit wordt nauwelijks gedaan. Hiervoor zijn twee redenen. Beide zijn van financiële aard.
De eerste reden is dat het niet loont om bijvoorbeeld een motor te bouwen die op waterstof loopt omdat waterstof niet voorhanden is en het maken van waterstof niet loont omdat er geen toepassingen voor zijn. Dit is een deadlock ofwel een kip en ei probleem. Dit probleem is aan twee kanten te doorbreken door waterstof niet lokaal te produceren of verbranden, bijvoorbeeld in woningen en auto's, maar door het te doen in elektriciteitscentrales, waar het kan worden gedaan op grotere schaal en in een beter controleerbare omgeving.
Op dit moment is er, zelfs in Nederland, regelmatig een teveel aan zonne-energie en wordt er daardoor op zonnige dagen een overschot aan elektriciteit teruggeleverd uit zonnepanelen. In elektriciteitscentrales zou dit overschot dan kunnen worden omgezet in waterstofgas om dit vervolgens te gebruiken om elektriciteit te maken wanneer zonne-energie minder voorhanden is. Daarnaast zouden elektriciteitscentrales dit waterstofgas kunnen leveren voor gebruik waar verbinding met het elektriciteitsnet niet mogelijk is. Zolang dit niet goed lukt, zou deze energievoorziening kunnen worden ondersteund door gebruik van fossiele brandstoffen. Ook dit zal beter zijn dan fossiele brandstoffen "lokaal" verbranden in kantoorpanden, woningen en auto's omdat het gebeurt in een beter controleerbare en beheersbare omgeving, waardoor uitstoot beter kan worden beheerst, opgevangen en verwerkt. In de toekomst kan deze productie van waterstofgas worden aangevuld met centrales in woestijnen en op zee.
Uiteindelijk zou dit kunnen leiden tot een wereldwijd netwerk van zonnepanelen die elektriciteit leveren aan centrales. Deze centrales sturen de elektriciteit dan door naar plaatsen waar het nodig is en wat overblijft slaan ze op in de vorm van waterstofgas om te worden gebruikt waar en wanneer de vraag naar elektriciteit groter is dan het aanbod uit zonne-energie.
De tweede reden dat waterstoftechnologie nauwelijks wordt ontwikkeld is dat voor private bedrijven investeringen in waterstof te risicovol zijn omdat winst op korte termijn onvoldoende zeker is. Om deze reden zouden onderzoek naar en investeren in waterstoftechniek overheidstaken zijn. Overheden zijn er immers om belangeloos te werken voor de gemeenschap als geheel en worden daarvoor gefinanciërd uit belastinggeld en dit soort ontwikkeling is in het belang van de gehele gemeenschap. Ook werkt de huidige geprivatiseerde energievoorziening hier tegen, omdat deze de nadruk op geld binnenhalen op korte termijn vergroot, wat met waterstof technologie niet lukt.
Hoe ernstig het milieu-energieprobleem werkelijk is, is niet bekend, maar het is onwaarschijnlijk dat het niet zeer ernstig is. Op dit moment wordt er echter nauwelijks gewerkt aan oplossingen, maar wordt het probleem vooral gebruikt als excuus en middel om te scoren en geld te verdienen, waarbij de schade aan het milieu verder wordt vergroot en er juist meer fossiele brandstoffen worden gebruikt in plaats van minder. Waarschijnlijk gebruiken we, mede hierdoor, op dit moment meer fossiele brandstoffen dan ooit, om maar te zwijgen over de schade die we toebrengen aan het milieu door het delven van de grondstoffen die nodig zijn voor de "milieuvriendelijke" oplossingen, zoals de batterijen, en het afval dat deze vervolgens opleveren.
Ook kernenergie is geen oplossing. Uranium is ook een fossiele brandstof. Het gaat dus op en het winnen ervan is zeer milieubelastend. Daarnaast is kernenergie zeer risicovol, zeker als het op grote schaal gaat worden gebruikt, er winst mee gemaakt moet worden en daarvoor risico's zullen worden genomen, bijvoorbeeld om de kosten voor de veiligheidsmaatregelen te drukken. Tot op heden zijn de grootste milieurampen veroorzaakt door ongelukken met kernenergie. Kernafval is voor eeuwig en veel gevaarlijker dan uitstoot door gebruik van fossiele brandstoffen. Hier is geen oplossing voor en met toenemend gebruik van kernenergie zal dit afval een grote hoeveelheid worden. Daarnaast zal kernenergie echte oplossingen voor het klimaat-energieprobleem voorlopig minder nodig maken en daardoor deze nog verder uitstellen.
We moeten op zoek naar echte oplossingen voor het klimaat-energieprobleem, om te beginnen door te stoppen met verspilling voor dingen waar eigenlijk niemand wat aan heeft, daarna door slimmer gebruik van energie. Oplossingen, zoals warmtepompen en recyclen, moeten alleen worden gebruikt als is aangetoond dat ze werkelijk energiezuiniger en minder milieubelastend zijn. Uiteindelijk zullen we net als de natuur geheel moeten overgaan op zonne-energie. Dit is een moeilijk en lang proces, maar gemakkelijkere en snellere oplossingen zouden al zijn ingevoerd als ze er waren geweest. Zomaar wat doen of schadelijke oplossingen invoeren omdat er haast is of er snel geld mee kan worden verdiend maakt het alleen slechter. Alles bij elkaar genomen zijn zelfs nu nog fossiele brandstoffen, zeker aardgas, het minst milieubelastend en dit kunnen kunnen we niet snel veranderen. We kunnen er wel verstandig mee omgaan, maar dit is iets anders dan creatiefloos proberen te bezuinigen, bijvoorbeeld door energie onbetaalbaar te maken en het stellen van limieten op gebruik. Dit soort "oplossingen" hebben schadelijke effecten op welzijn en welvaart en zijn daarom niet vol te houden. Zelfs is er kans dat door het op deze wijze bezuinigen op het een, er juist weer meer energie wordt gebruikt voor andere dingen. Het probleem wordt immers niet opgelost en zal daarom ergens anders toch weer naar boven komen.
Voor het oplossen van het klimaat-energieprobleem lijken zonne-energie als bron en waterstofgas als transport- en opslagmiddel het meest kansrijk en we moeten per direct hieraan beginnen. We kunnen ons niet langer laten afleiden door schijnoplossingen, zoals limieten voor kooldioxide uitstoot door de politiek, minderen van energiegebruik door burgers, elektrische auto's of kernenergie. Internationale samenwerking zal noodzakelijk zijn en twisten en oorlogen zijn hier een bedreiging voor de mensheid als geheel doordat ze dit blokkeren.