IndexLast Update: 2025-07-27 13:32:32
In 1983 is de basisbeurs als vervanging voor een opslag op de kinderbijslag ingevoerd. Er was een beurzensysteem waarin mensen met hoge cijfers op de middelbare school die geen studie konden betalen een beurs kregen en anderen het zelf moesten betalen. In het nieuwe systeem kreeg iedereen een studiebeurs. Er was niet bedacht dat dit studeren maakte tot een bron van inkomsten onafhankelijk van de ouders en zonder sollicitatieplicht. Er was ook niet bedacht dat er hierdoor veel meer studenten zouden komen, waaronder mensen die anders niet over studeren zouden hebben nagedacht, laat staan het zijn gaan doen, en dat hierdoor het systeem heel duur zou worden, maar zonder zinnig resultaat, afgezien van misbruik van de studiebeurs als werkeloosheidsuitkering. Er was alleen gekeken naar het gegeven dat het utopisch mooi zou zijn dat iedereen zou kunnen gaan studeren, zonder van resultaten of ouders afhankelijk te zijn. Al zou je kunnen zeggen dat in deze tijd het leven veel ingewikkelder is dan vroeger, dat een academische of extra studie misschien wel noodzakelijk is om productief te kunnen zijn en dat studenten gunstiger zijn dan werkelozen, maar deze argumenten werden niet gebruikt. Natuurlijk was het denivellerend. Rijke mensen kregen de basisbeurs erbij en arme mensen kregen minder. Waarschijnlijk was ook dit niet bedacht.
Vervolgens is de studiebeurs voorzien van een inkomens bovengrens voor de ouders en sterk verlaagd. De inkomens bovengrens maakt de studiefinanciëring goedkoper voor de overheid, maar maakt voor studenten van wie de ouders niet willen of om andere redenen dan te weinig inkomen niet kunnen betalen studeren onmogelijk en door de verlaging van de beurs is voor de student deze niet meer voldoende om van rond te komen. Netto resultaat is dat wie geld heeft kan studeren en anderen moeten lenen of werken naast hun studie. Het lenen geeft risico op een restschuld die na de studie niet kan worden terugbetaald, bijvoorbeeld als geen baan kan worden gevonden, en al helemaal niet als de studie niet wordt gehaald. Door deze restschuld is het bijvoorbeeld vaak niet mogelijk is een hypotheek te krijgen. Dit vergroot de druk op de studie en verhoogt daarmee het risico dat deze niet wordt gehaald. Door het werken naast de studie kan er te weinig energie en tijd voor de studie zelf overblijven, met gelijke gevolgen.
Dit selecteert de verkeerde mensen. Het gaat bij studeren niet om geld hebben, bereid zijn financiëel risico nemen, ondernemersgeest of laten zien "dat je ervoor gaat" door naast de studie te werken, hoe mooi maatschappelijk realistisch dit ook klinkt. Het gaat om hard studeren voor een opleiding. Het oude systeem met een volledige studiebeurs voor mensen met weinig geld die goede resultaten haalden lijkt eerlijker en is goedkoper omdat alleen mensen een beurs krijgen die deze echt nodig hebben en verdienen.
Deze gevolgen waren voorspelbaar, maar de werkelijkheid van het plan was niet doorgedacht. Inmiddels zijn er voorstanders om weer terug te gaan naar het oude beurzensysteem. Dit zou natuurlijk jammer zijn van het geld dat het invoeren van de basisbeurs heeft gekost en kost en gaan we niet doen want het zou politiek gezichtsverlies zijn.